Camping Brug: berichten uit het Geelse buitenland (7)

Home / Blog / Camping Brug: berichten uit het Geelse buitenland (7)

Camping Brug: berichten uit het Geelse buitenland (7)

ZONDER BROEK HET BROEK IN!

Hoe bitter het afscheid ook was, we zijn toch uit Stelen vertrokken. Tachtig cent winst heb ik er gemaakt bij het tepke schieten, een oud volksspel dat door Kris Lievens van de KWB nieuw leven werd ingeblazen. Hij organiseert elk jaar een tornooi, en dit jaar – hoe kan het anders – was dat bij het pop-upcafé aan het chirolokaal. De nacht voordien hadden een paar belhalmels er schade aangericht en er was ook sprake van een inbraakpoging in het dorp. Twee jongelui (16 en 19 jaar) opgepakt, van Rijkevorsel of die kanten. Die ochtend wisten ze in Stelen waarover gepraat. Waar gaat dat naartoe? Ik zou het niet weten. Wat ik wél weet, is dat ik in mijn jonge tijd dingen heb uitgestoken die mij vandaag voor de jeugdrechter zouden brengen. Nooit een jeugdige delinquent geweest, nochtans. De tijden veranderen, ook voor belhamels.

Deugenieterij en een gebroken raam aan het Stelense chirolokaal.

Dat tepke-schiet is een aardig spel. Je moet met een ambachtelijk vervaardigde loden schijf een paaltje (de tep) omver gooien, waar iedere speler zijn inleggeld op heeft gelegd. Ligt je schijf dichter bij dat geld dan de tep, dan is het van jou. We speelden met vijf man en in ons eerste spel hebben we elk minstens 40 keer moeten gooien om de tep omver te krijgen. En dan moest er nog gegooid worden om dicht bij het geld te liggen. Het gevolg was dat ik na een uur al een lamme arm begon te krijgen. Ik ben ermee gestopt vóór ik geen pint meer omhoog zou krijgen, en toen had ik dus 80 cent winst. Er was heel wat Stelens volk op het pop-upterras. Geweldig initiatief voor het dorp, dat ‘eigen-beheer-café’. Ik kwam er Hilde Eyskens tegen, die zich met haar man Marc en hun kinderen nog niet zo lang geleden in Stelen vestigde.

Hilde en Marc Van Besauw – Eyskens: ingeweken Stelenaars met een brede glimlach.

 

Marc Van Besauw is een gespecialiseerde schrijnwerker met een atelier in Laakdal en we spreken af voor een interview, morgen. Dat leest u in het najaar in een van onze twee kranten, maar onthoud nu al dat het vooral het dorpse karakter van Stelen is – iedereen kent iedereen en zegt een goeiedag – dat dit koppel naar het dorp heeft gelokt. Marc en Hilde willen er niet meer weg.

De heldhaftige SOS Stelen verzamelt aan de Brugmobiel. Ik rijd mee.
Tepke-schiet met Kris Lievens, Jos Verbraeken, Lien De Wulf en Karolien van de Kristof. Na een uur een lamme arm…

De zaterdagvoormiddag breng ik door in het zadel van mijn stalen ros dat deels uit aluminium, deels uit carbon bestaat. Ik ben al jaren lid van SOS Stelen, de enige wielerclub waarvan ik lid zou kúnnen (lees: willen) zijn. Door de warmte rijdt die haar zaterdagrit in de voormiddag, in plaats van na de noen. Het is niet zo’n lange rit (een kleine 70 km richting Arendonk), maar aangezien ik mijn racefiets in Elsum moet gaan halen en weer wisselen, kom ik die dag toch aan de 100 km. Ik pak veel zon, maar geniet van de rit met de SOS’ers. Het was lang geleden.

Het werd al snel gezellig druk, die eerste avond.

Na een korte hydraterende tussenstop in de Jachthoeve (top-Hoegaerden!) komen we tegen 18 uur in Winkelomheide aan, waar we de Brugmobiel stallen in de voortuin ten huize Horemans-Boeckx, Kemeldijk 49. Jef Horemans is met zijn 25 jaar een van de youngsters bij de Brugpartij, en Dirk en Monique, zijn ouders, staan er vierkant achter. Anders dan in Stelen zetten we hier de party-tent op, en maar goed ook: tegen half negen wordt het heel druk aan Camping Brug. Natuurlijk gaat het o.a. over de kerk. In de Hei worden ze ziek als ze het woord ‘ontwijding’ horen. Ook de Brugpartij is geen fan van het kerkenplan dat dit dorp zijn kerk zou kosten. Dit belet evenwel niet dat sommigen van ons er niet geheel dezelfde ideeën op na houden dan sommigen van de Hei. Dat draait op vinnige discussies uit, maar als de avond nacht geworden is en de bedstee lonkt, blijken ze mekaar toch verstaan te hebben en is de handdruk hartelijk.

Met Rik Waer, Jef Horemans, Francine Jacobs en Cis Sterckx bij de lage brug van het voormalige stort.

De zondag was er een van een fijn ontbijt en een heerlijke pasta van Monique, gelardeerd met allerlei sympathieke bezoekjes aan Camping Brug. Jonge gasten van de Hei, de generatie voor en die dáár voor… ze weten ons allemaal te vinden voor een babbel. We voelen ons hier erg welkom. In de namiddag komt een door reggae vermoeide Cis Sterckx zijn tentje opslaan (zijn vrouw, Francine, blijft niet slapen) en ’s avonds maken we een door Jef uitgestippelde wandeling door het broek. Tussen Wilders en ’t kanaal stroomt de Nete door een prachtig stuk. “Het is hier mooier dan in Bel”, concludeert Cis tot zijn eigen verrassing. Als het niet waar is, zal het niet veel schelen. We passeren een brug die (vrijwel) niemand weet liggen. Haar reling is op een vreemde manier verlaagd, en dat heeft zo zijn reden. Het veld achter de beek die ze overspant, werd vroeger intensief als stortplaats gebruikt, en anders was de reling te hoog voor de wielkassen van de vuilniswagens. Volgens Jef hangt boven deze weide heel vaak mist. Hij denkt dat het door de uitwaseming van al dat begraven vuilnis komt. Nu ziet die beemd in het broek er idyllisch uit.

Louis ‘van Denis’ Mertens kent het broek als zijn broekzak.

Winkelomheide heeft lang als stort van Geel gediend, weet ook Louis Mertens van de Scheplakens. Deze ‘jonkman’ van 79, die wat met zijn gezondheid sukkelt, maar goed wordt gesoigneerd door zijn nicht Annie, behoort tot een uitstervend ras. ‘Lewie van Denis’ had een hard leven – werken bij DAF en thuis op de boerderij -, woonde op de rand van ’t broek en deed niets liever dan daar te gaan wandelen in het fijne gezelschap van zijn hond. Hij kent dat broek dan ook als zijn broekzak. (Jeezes wat een woordspeling.) Het gebied diende niet alleen om te storten, maar werd ook vaak gebruikt voor wat Louis ‘aanhouderij’ noemt. Wat in feite ook een vorm van storten is. Louis kan het weten: in het broek was soms van alles te zien, behalve een broek. Hij heeft er nog plezier van.

Willy en Martine in hun stukje tropisch regenwoud.

’s Middags mogen Cis en ik gaan eten bij Willy en Martine Vos. Willy, burgerlijk ingenieur bouwkunde van beroep, is vooral bekend van zijn fanatiek Facebookgevecht voor het behoud van de kerk, Martine was voor haar pensioen apotheker in de Kemeldijk. Hier aan tafel zit echter geen fanaticus, maar een verstandige, minzame vent die weliswaar graag nagels met koppen slaat, maar er niet op blijft hameren. Het kerkdossier komt op tafel, maar het gespreksmenu is veel gevarieerder. Het is altijd goed eten met mensen die het goed voor hebben met de wereld in het algemeen, en met het wereldje in hun directe omgeving in het bijzonder. Bij het afscheid fotografeer ik Willy en Martine in hun binnentuin, een zwoel stukje tropisch regenwoud in de Hei.

René Veraghtert, het levende archief van Winkelomheide.

We fietsen naar René Veraghtert in de Gemeenteheide, waarschijnlijk de man met de grootste liefde van allemaal voor dit Heiknuitersdorp. De Hei is René’s passie. Hij verzamelt vooral de ‘petit histoire’ – familiegeschiedenissen, foto’s van straten, woningen, herbergen, kleine en grote gebeurtenissen… – en dat heeft een gigantisch archief opgeleverd. Zijn vrouw, Mia (die van Bel is) grapt dat Luc en Karin van Foto Milow hun Zuid-Franse B&B hebben kunnen kopen omdat René daar al zijn digitale foto’s liet afdrukken. Ze zitten in ca. 5.000 mapjes, gevuld met soms wel 100 foto’s: 250.000 à 300.000 stuks? Zoiets moet dat zijn. Nergens zit zoveel kennis en documentatie over een Geels dorp bij mekaar dan bij ‘dorpsarchivaris’ René in Winkelomheide. Hij denkt nog niet aan stoppen, want ook het moderne Winkelomheide volgt hij op de voet.

De namiddag vordert en de warmte is weer hitte geworden. Het opbouwzwembad bij de familie Horemans is niet reusachtig en evenmin erg diep (1.30 m), maar het water is fris en doet verschrikkelijk deugd. Cis kraamt op (“Awel, ik ben verschoten van de Hei!”) en rond 16 uur arriveren Marc en Peter om Camping Brug van de Hei naar Zammel te brengen.

Daar ben ik gisteren, maandag dus, tegen 18 uur gearriveerd. De Brugmobiel staat op het vroegere voetbalveld van FC Zammel, vermoedelijk de enige plek in het dorp waar geen sikkepit schaduw is. Hoe wij in deze omstandigheden overleven, vertel ik in Blog 8. Een tip alvast: ik schrijf dit bericht bij Francine in ’t Vissershuis. Niet dat het hier lekker koel is, maar het is zeer leefbaar, in die mate dat ik zelfs al een koffie heb gedronken (alsmede vier Stella’s en een Cola Zero als u het echt wil weten). Yves Van Hulsel is mij hier komen bezoeken, want de ‘inschepingskaarten’ voor het Bal van de Bruggemeester (18.08.18, op een boot aan de brug van sas 9 – niet te missen!) zijn klaar.

Er zat een man aan de toog die beweerde dat Wout Van Aert binnen de vijf jaar de Tour zou winnen, als hij hem mocht begeleiden. Zullen die twee mekaar ooit vinden? (dk)